zondag 28 augustus 2016

Reisverslag Sri Lanka | deel 5

Hej hej!
Vandaag deel 5 van mijn rondreis door Sri Lanka! In deel 1, 2, 3 en 4 konden jullie onder andere al lezen over het stadje Negombo, een boottocht over de lagune, twee nationale parken, een fietstocht door de rijstvelden, de rotstempels in Dambulla, stad Kandy en de Tempel van de Tand.
In dit deel ga ik jullie vertellen over de theevelden met theeplukkers, we stopten bij een theefabriekje, we maakten een wandeling door het koloniale dorpje Nuwara Eliya en we maakten een treinreis door de bergen!

Dag 8:
Vandaag lieten we de bruisende stad Kandy achter ons en gingen we de bergen in, op weg naar Nuwara Eliya. We reden richting de bergen en gingen via de haarspeldbochten steeds hoger en hoger. Die haarspeldbochten waren nog best wel lastig, aangezien wij een grote touringcar hadden en we bijna niet die scherpe bochten konden maken. Gelukkig was onze chauffeur echt een topper en ging het allemaal goed! Een beetje bovenaan de bergen stopten we bij theevelden waar theeplukkers bezig waren. Prachtig uitzicht aan allebei de kanten van de weg! Aan de ene kant gingen de theevelden naar beneden, terwijl de theevelden aan de andere kant juist nog hoger gingen.
Natuurlijk wilde iedereen op de foto met een theeplukster. Deze theepluksters zijn kleine, oude vrouwtjes, Tamilvrouwtjes. Op een dag moeten deze vrouwtjes 20kg theeblaadjes plukken, hier krijgen ze dan iets van €3,- voor. Niks dus... En 20kg aan blaadjes is nogal wat. Zodra de Tamilvrouwtjes ons zagen, riepen ze: "Money, money, money!" Ze weten dat die rijke toeristen wel geld hebben en wilden allemaal een fooitje hebben. Ondertussen stonden er een paar mannen een heuvel verderop de hele tijd te schreeuwen naar de vrouwtjes. Het kwam een beetje over als slavenarbeid, die mannen die alleen maar aan het schreeuwen zijn en verder niks doen terwijl die oude vrouwtjes zich helemaal uit de naad werken..
Na onze stop bij de theepluksters ging de busreis verder door de bergen. We stopten bij een theefabriekje en kregen een rondleiding door de hele fabriek. Het begint allemaal met het plukken van de 3 bovenste bladeren van de theestruik. Voor de verschillende thee worden verschillende processen gedaan. Op het laatst mochten wij natuurlijk zelf uitproberen hoe het is om theeplukster te zijn, met een mand op je rug. Ook kregen we op het terras verschillende soorten thee te proeven en was er natuurlijk een winkel waar je de verschillende soorten thee kan kopen.

Zwarte thee: Zwarte thee ondergaat het langste proces. Eerst worden de blaadjes gedroogd op een grote, lange band. Vervolgens worden de blaadjes tussen twee vlakken gerold, zodat het bladsap vrij komt. Daarna gaan de blaadjes in de oxidatiekamer. Door de toevoeging van lucht en luchtvochtigheid krijgt het zijn aroma en kleur. De grootste deeltjes gaan verder voor export, terwijl het 'afvalstof' wordt verpakt voor de winkels in Sri Lanka.
Groene thee: Aan groene thee komt geen fabriek te pas. De blaadjes worden gewoon gedroogd in de zon en wordt dus niet geoxideerd.
Silver Tip Tea: Deze thee wordt gemaakt van alleen het bovenste blaadje (tipje) van de theestruik en wordt ook wel witte thee genoemd. Ook deze blaadjes worden alleen gedroogd in de zon. Het gaat hier dus om de jongste blaadjes.

Na het thee plukken en thee drinken was het tijd om weer verder te reizen. We gingen nog hoger de bergen in naar het plaatje Nuwara Eliya. Dit is één van de koloniale steden op Sri Lanka. Het eerste wat ons opviel toen we de bus uit stapten was dat het koud was! Gelukkig had ik een vestje mee, want korte broek en t-shirt was dus veel te koud voor daar. De lokale mensen liepen ook allemaal in een winterjas met muts op, terwijl het gewoon rond de 20 graden was. Wel veel kouder dan de 32 graden die we gewend waren, maar om nou meteen een winterjas aan te doen..
Nuwara Eliya wordt ook wel "Klein Engeland" genoemd. De stad is namelijk opgebouwd door de Britten in de 19e eeuw. We hadden ongeveer 2 uurtjes om in dit stadje rond te lopen, en dat was meer dan genoeg tijd! Er was eigenlijk niet zo heel veel te beleven. Ze hadden wel een lokale markt en verschillende winkels, maar verder was er niet zo veel te zien. De koelte was wel een lekkere afwisseling!

We reden verder naar het treinstation in Nanu Oya, vanaf hier stapten we op de lokale trein naar het plaatsje Bandarawela. In de trein heb je de 1e, 2e en 3e klas. De 1e klas is echt voor de rijke mensen, goede zitplaatsen voor redelijk veel geld. De 2e klas is meer voor de toeristen, ook goede zitplaatsen en meer plekken beschikbaar. De 3e klas is echt voor de lokale bevolking, namelijk zitplaatsen op houten bankjes of staanplaatsen. De trein zelf is wat gammel maar rijdt goed. Alle deuren staan gewoon open en de mensen staan soms dan ook bij de deur met hun hoofd naar buiten.
De treinreis was prachtig! We reden door de bergen en zagen overal weer theevelden, maar ook watervallen en kleine dorpjes. Zeker de moeite waard! Ook hier was het nog steeds koud, vooral omdat alle deuren en ramen open stonden en het dus best wel tochtte. Tijdens de rit kwamen er verschillende mannetjes langs met manden waarin eten zat. Zo kochten wij een zakje warme, gebrande pinda's en hadden ze verschillende gefrituurde hapjes te koop.

Nog wat feitjes over Sri Lanka:
- Sri Lanka is echt een theeland. Er wordt zowel veel thee geproduceerd als thee gedronken. De thee die ze daar drinken is heel erg sterk en wordt daarom ook vaak met suiker en melk gedronken. Zoals ik al eerder schreef drinken ze in Sri Lanka eigenlijk de afvalstukjes van de thee. Omdat deze stukjes zo klein zijn, het is net stof, is de smaak echt ontzettend sterk. Hoe groter de blaadjes, hoe minder sterk de smaak en hoe duurder de thee.
- In Sri Lanka heb je veel verschillende klimaten. Zo zaten we aan het begin van deze rondreis aan de kust en was het daar erg warm. In de bergen is het gewoon 10 graden koeler en alles is daar veel groener. Hier kunnen de inwoners goed dingen verbouwen, terwijl het is meerdere delen van het land veel te droog is daarvoor.
- Op het station waar wij waren, Nanu Oya, was een hokje waar je kunt wachten. Bij de deur stond aangegeven dat dit een Foreigners' Rest-Room is. Het is dus speciaal gemaakt voor de buitenlanders. De lokalen staan gewoon buiten in de regen en wind te wachten. Heel apart dat dit speciaal voor de buitenlanders gebouwd is!
- De afstanden die je in Sri Lanka aflegt zijn niet zo groot, maar aangezien je echt niet hard kunt rijden doe je er wel lang over. Zo ligt bijvoorbeeld het treinstation Nanu Oya ongeveer 6km van Nuwara Eliya, hier deden we wel een half uur over. Je kan gewoon nergens hard rijden, omdat er overal brommers, vrachtwagens, tuktuk's en auto's rijden en je ook nog veel zwerfhonden en koeien tegenkomt.
- Er is sinds kort ook een snelweg in Sri Lanka. Hier moet tol voor worden betaald. Je mag op de snelweg 100 km/h rijden, maar bijna niemand doet dit. Waarom niet? Nou, ze vinden het eng om zo hard te rijden. Ook staan er overal borden dat je niet mag keren en mag stoppen op de snelweg...

Hejdå!
Xx Carmen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten